Drie keer is scheepsrecht. Twee keer ben ik afgelopen weken bij het Wierdense Veld wezen kijken of ik de daar vaker gespotte grijze wouw zelf kon waarnemen. Helaas, dat is niet gelukt. Vandaag ga ik opnieuw naar het Wierdense Veld, nu met de bedoeling te kijken of ergens de klapekster zit. Deze is namelijk alweer in Twente waargenomen. Aan de grijze wouw denk ik helemaal niet meer, die is niet meer gesignaleerd, heb ik begrepen. Als ik met de auto stapvoets over de Schaddenbeltsweg rijd, zie ik een vrij lichte vogel heel ver weg in een boom. Ik kan hem zelfs met de verrekijker niet plaatsen, maar houd het op een redelijk witte buizerd. Ik parkeer de auto en loop het zandpad in dat het Wierdense Veld doorsnijdt. Ik moet langs drie mannen die met hels kabaal jonge berkjes omzagen. 50 meter verder zie ik een lichte vogel hoog in een boom zitten. Het blijkt de grijze wouw, ik herken hem meteen. Ik schat de afstand op 300-500 meter. Natuurlijk veel te ver voor echt mooie foto's. Maar met 900 mm en een flinke crop op de computer blijven er toch toonbare foto's over. Hij vliegt zelfs twee keer op om na een korte vlucht in dezelfde boom terug te keren. Onnodig te vermelden dat ik erg opgetogen ben over deze eersteling. En ook leuk dat de 'berkenzagers' ook echt geïnteresseerd zijn in deze "prachtige vogel".
De grijze wouw is een vrij kleine roofvogel, ongeveer als een flinke torenvalk. Hij heeft een blauwgrijs verendek met zwarte schouders. Kop en onderkant zijn wit. Zijn ogen zijn behoorlijk rood en hebben een zwart masker. Het dieet bestaat uit kleine zoogdieren, insecten, kleine reptielen kleine vogels of vleermuizen. De grijze wouw is van Afrika opgerukt naar Zuid-West Europa. De broedgebieden zitten nu al boven de Pyreneeën en het is niet uitgesloten dat op een gegeven moment in Nederland een broedpaar wordt waargenomen. Er worden namelijk steeds meer waarnemingen van deze vogel als dwaalgast in ons land gedaan.








