Zoals in het vorige bericht geschreven, rijden Peter en ik door naar Zuna om de trek door de kraanvogels naar de slaapplek te zien. We moeten ruim een uur wachten voordat ze helemaal zichtbaar worden. Daarvóór steken hun koppen en nekken soms boven de planten uit. Verschillende torenvalken hebben dan beter zicht op hen dan wij. Maar eindelijk, daar zijn ze dan en in volle glorie. Het avondlicht is aan de ene kant mooi, maar aan de andere kant zorgt het voor scherpe tegenstellingen tussen licht en donker, versterkt door het water. Maar al met al mogen we niet klagen. Weer een mooie belevenis. Een impressie hieronder.