Peter en ik lopen vanavond een rondje om de Genseler vijvers, vooral om de door mij geleende warmtebeeldcamera uit te proberen. Wat die camera betreft, concludeer ik al vrij snel dat die niet echt wat voor mij is. Handig als je de aanwezigheid van wild of een grote vogel (in een soort negatiefbeeld) wilt vastleggen, maar mij gaat het meer om het zien en fotograferen van dieren. We zien sowieso weinig vogels, we denken doordat het nu broedseizoen is, maar ook omdat de bomen en struiken zo dichtbegroeid zijn. We horen namelijk nog wel van alles, zoals kleine karekieten, zwartkoppen, zanglijsters, tjiftjaffen, een koekoek, tuinfluiter, maar zien: ho maar! Opeens zien we een ogenschijnlijk vreemde vogel op en neer vliegen. Hij is duidelijk zwart-wit. Het op- en neer vliegen duidt op zoeken naar voedsel voor jongen. Maar wat kan het zijn? Een beflijster? Nee, de waargenomen vogel heeft meer dan alleen de bef wit, ook de kop van achteren en de nek zijn wit. Een waterspreeuw (nee, niet in deze tijd en niet hier). Maar wat dan wel? Peter oppert als eerste een vogel met een afwijking, met leucisme ('leukos' = Grieks voor 'wit'). Waarschijnlijk een merel dan. Dat lijkt na meerdere opties doorgenomen te hebben het meest waarschijnlijk. Terecht, zien we als we de vogel hebben kunnen fotograferen. Ik fotografeer hem meer op de rug, zie nog net zijn snavel met een worm. Inderdaad: voedsel voor jongen in een nest. We zijn tevreden over onze analyse en over het feit dat we het ook kunnen bewijzen. Kijk hier voor nog wat info over merels met leucisme.
